Maandelijkse archieven: april 2016

Ons best doen!

Afgelopen week kwam een monteur, na twee maanden op een bestelling te hebben gewacht en drie keer te hebben afgezegd, eindelijk onze alarminstallatie in orde maken. Toen ik aan hem vroeg waarom dat allemaal zo lang had geduurd, sprak hij de legendarische dooddoener: “Meer dan ons best kunnen we niet doen”. Toen ik hem daarop vroeg wanneer hij daar dan mee zou beginnen, reageerde hij geïrriteerd: ”Ik ben er toch!”

Dit voorvalletje heeft me aan het denken gezet over wat het nu eigenlijk betekent om je ‘best’ te doen. Wanneer heb je je best voor iemand gedaan en had je achteraf gezien nog meer kunnen doen?

Dit deed me weer denken aan een lezing van Edith Bos tijdens de Week van de Ondernemer. Zij vroeg de aanwezigen tijdens haar workshop om allemaal de handen in de lucht te steken. Toen ze dat deden vroeg ze of het nog hoger konden. Alle handen gingen daarop nog een stukje hoger. Voor haar was dat etalerend voor hoe wij doorsnee ‘ons best doen’. Het kan dus altijd beter.

Dat laatste zal ook nooit veranderen. De boog kan immers niet altijd gespannen staan en alleen topsporters kunnen de laatste 5 % blijven geven. Voor veel ondernemers geldt echter dat ze wel altijd zullen streven naar maximale aandacht voor de belangen van hun klanten, ook al zijn er vele factoren die daar hun effect op hebben.

Wij hebben binnen ons kantoor dit trachten te borgen door echte aandacht voor onze relaties te hebben en dit zelfs als hoogste doel te stellen. We noemen ons eerder een Makelaar in Aandacht dan in Bedrijfshuisvesting. Zodra het belang van de relatie onbetwist op de eerste plaats komt, is het doel immers duidelijk en zal eenieder binnen ons kantoor ‘zijn best doen’ om het uiteindelijke doel te bereiken; de relatie optimaal tevreden te stellen!

Het is inderdaad zo dat we niet meer kunnen doen dan ‘Ons Best’. En daar zijn we op 1 maart 1999 al mee begonnen!

Klik hier voor een reactie per e-mail

We moeten de hei platbranden!

Recentelijk woonde ik een themabijeenkomst bij die door CDA Brabant was georganiseerd met als onderwerp ‘leegstand winkels’. U kunt inmiddels weten dat dit onderwerp mij meer persoonlijk dan als makelaar aan mijn hart gaat, doch in dit geval was ik ook professioneel zeer gemotiveerd om deze discussie bij te wonen.

Het panel bestond onder meer uit de Gedeputeerde Ruimte en Financiën van de Provincie Noord-Brabant, een goed ingevoerde advocaat Omgevingsrecht en de retailmanager van de gemeente Tilburg. Tot mijn verbazing ontstond een zeer evenwichtige discussie over nagenoeg alle onderwerpen met bijbehorende gevoeligheden die, zelfs bij een kritisch persoon als mijzelf, een gematigd tevreden gevoel deed ontstaan.

De retailmanager stal wat mij betreft de show door transparant en duidelijk weer te geven op welke manier hij er samen met de overige stakeholders in is geslaagd om gebruik te maken van toevallige factoren zoals onder meer het faillissement van de V&D. Hij gaf aan dat dat mogelijkheden bood die zonder dat faillissement onmogelijk waren geweest. Ik dacht toen bij me zelf; maar je hebt de kans die je toen kreeg, samen met de andere belanghebbende, natuurlijk ook wel benut. Chapeau daarvoor.

De advocaat Omgevingsrecht maakte ons duidelijk dat er best veel mogelijkheden zijn voor overheden om veranderingen mogelijk te maken maar dat er tevens ook best veel zaken zijn waar de overheden ook wel degelijk mee aan de gang moeten. Denk daarbij aan de ladder der duurzame verstedelijking en de eyeopener (voor mij althans) van de avond: het terugdringen van het enorme volume aan potentiële uitbreidingsruimte detailhandelsruimte dat de huidige vigerende bestemmingsplannen mogelijk maakt.

Zelfs de Gedeputeerde had in mijn ogen een realistische kijk op wat hij vond dat overheden wel of niet moeten doen om de leegstand van winkelruimte te verminderen of in ieder geval niet verder toe te laten nemen.

Hoe dan ook, Ik blijf van mening dat het ‘particuliere’ of kleinschalige ondernemerschap weer in de retail terug moet komen om op die manier de kracht en creativiteit van de ‘oude’ middenstand weer ten volle te kunnen benutten. En dat daar het gros van de winkelketens voor zal moeten wijken is slechts een feit.

Immers, om een goede nieuwe hei te krijgen moet de oude hei eerst worden platgebrand.

Voor reacties:  Toin.saris@sarisenpartners.nl